Het evangelieverhaal spreekt tot de verbeelding. Niet alleen omdat je er makkelijk een plaatje bij kunt denken. Ook omdat het hier gaat om een herkenbare ervaring van hoe een ontmoeting een diepe en blijvende indruk kan achterlaten. De menselijke ervaring dat door een bepaalde ontmoeting op een bijzonder moment je leven een wending geeft, waardoor je een andere richting opgaat. Dat is wat Zacheüs hier overkomt. Of moet je zeggen: dat is waar Zacheüs hier naar op zoek was?
Wat gebeurt er precies in deze ontmoeting? Wie heeft eigenlijk de regie, wie bepaalt hoe en wat er gebeurt? Je zou denken dat dit Jezus is. Hij immers ziet Zacheüs in de boom, weet ook zijn naam (opmerkelijk) en roept hem naar beneden. Jezus bepaalt, dat hij vandaag bij Zacheüs thuis wil komen. Het staat er met de nodige nadruk. Jezus is het tenslotte die aan het einde de conclusie trekt: ‘vandaag is dit huis redding ten deel gevallen’. Jezus heeft de regie en niet zijn omgeving of zijn gevolg. Hij bepaalt wat er gebeurt en hoe.
Ja, en toch! Wie gaat er op uit om Jezus te gaan zien, als hij de stad Jericho nadert? Dat is toch Zacheüs. Wie doet alle moeite om Jezus te zien, ook als de mensen rijen dik langs de kant staan? Zacheüs had ook kunnen denken: ‘ik zie toch niks, en denk maar niet dat ze mij er door laten om vooraan te mogen staan. De mensen zien me aankomen. Ik ga naar huis en zet de televisie aan, dan zie je het altijd beter’. Dat had hij kunnen zeggen, maar nee, hij klimt de boom in, doet zijn uiterste best om Jezus niet te missen. Wie heeft de regie?
Jezus wil bij hem komen, maar het is Zacheüs die hem ‘vol vreugde’ - zoals het er staat - binnenlaat. En nog voordat Jezus iets kan zeggen, heeft Zacheüs het initiatief genomen en zegt uit zichzelf, dat hij zijn leven zal beteren.
Het is zo typisch Jezus. Hij heeft de regie, maar als er zich iets beters aandoet dan laat Hij het aan de mens over. In dit geval is het die kleine man, die door het gebladerte volstrekt onzichtbaar is. Maar Jezus hoeft niet te ze zien. Jezus weet!
Het wordt een bijzondere ontmoeting, waarvan wij er meer in het evangelie kunnen vinden en die blijvende indruk achterlaten. Het worden geloofsmomenten, waarin een mens verandert. Een mens komt bevrijd tevoorschijn. Dat is wat we als mensen nodig hebben: bevrijding van alles wat er aan zware lasten op ons druk. En meer nog de zware lasten die we onszelf opleggen. Door die bevrijding ontstaat er ruimte en kan je weer perspectief gaan zien. Zacheüs is ná de eerste ontmoeting met Jezus een ander mens geworden. Het begint eigenlijk meteen al, en zonder dat Jezus er op aan hoeft te dringen. Jezus is nog niet bij hem binnen: in zijn huis, in zijn intimiteit, in zijn persoonlijke levenssfeer. Omdat het woord huis een paar keer nadrukkelijk wordt genoemd, betekent dat ook, dat Jezus nog niet bij hem binnen is of Zacheüs is al een ander mens. Hij kiest er zelf voor om zijn leven om te gooien. Is dat de stille overtuigingskracht van Jezus? Jezus heeft geen woorden nodig?
Hoe kan Zacheüs zo veranderen? Als Jezus bij hem in huis komt, belooft Zacheüs prompt, dat hij de helft van zijn bezittingen aan de armen zal geven en viervoudig zal vergoeden van wie hij iets heeft afgeperst. Hoe kan iemand zo veranderen?
Zou het kunnen zijn, dat wat Zacheüs hier zegt en doet, dat hij daar al een hele tijd mee heeft rond gelopen? Dat er al langer iets bij hem knaagde, een soort ontevredenheid met zijn huidige bestaan, een soort onrust die hem bij tijd en wijle naar de keel vliegt met de gedachten: ‘Is dit het nu? Is dit mijn bestaan? Is dit wat ik altijd heb gewild, ambtenaar bij de belastingen, gebonden aan de bezettende macht en hun grillen, veroordeeld om mijn inkomen bij elkaar te halen door anderen uit te buiten?’
Misschien heeft Zacheüs zelfs een zekere weerzin tegen zichzelf gekregen. Hij mag dan rijk zijn, rijker dan anderen, maar geld vergoedt niet de innerlijke leegte in zijn leven, en daar is hij zich steeds meer van bewust. Zacheüs is zo happig om het roer om te gooien, dat Jezus niets hoeft te zeggen: Zacheüs doet het meteen goed en radicaal en definitief. Hij is blij en opgelucht, dat hij nu net dat laatste zetje heeft gekregen om de keus te maken waar hij al zo lang tegenaan zat te hikken. Hier was hij zo aan toe. ‘Dit had ik veel eerder moeten doen’.
Het wonder van een echte ontmoeting, is nooit helemaal te grijpen.
Is het Jezus, die deze verandering, deze bekering bewerkstelligt? Of is het Zacheüs zelf, die zijn keus maakt om zijn leven voortaan over een heel andere boeg te gooien?
Uit een echte ontmoeting kom je altijd anders dan je erin ging, en dat geldt voor beide partijen. Dat deze ontmoeting voor Jezus ook veel betekent, kun je zien aan enkele opmerkelijke aspecten.
Jezus ziet Zacheüs nog voordat deze hem ziet. Hij roept hem zelfs bij zijn naam. Hoe kent Jezus die? En dan zegt hij: ‘Kom naar beneden, vandaag ….’
Misschien is het verhaal van Zacheüs aanleiding om alert te zijn op die signalen in jouw leven, die zeggen: ‘hier moet ik iets mee; dat kan ik niet laten liggen. Hier mag ik niet aan voorbij gaan, anders zou ik mezelf tekort doen en aan het wezenlijke voorbijgaan. Misschien mis ik dan wel de bestemming van mijn leven?’
Misschien dat dit verhaal van Zacheüs aanleiding is om eens bij uzelf na te gaan, wanneer dat gevoel bij u opkwam waar we het net over hadden. Is dit het nu met de vraag: ‘Is dit mijn bestaan? Is dit wat ik altijd heb gewild?’
Zou in zulke vragen, in zo’n besef de goede God zelf zich niet kunnen melden, de Mensenzoon die immers overal het verlorene zoekt om het te redden? Heel persoonlijk, in jouw eigen huis, in jouw comfortzone? God is daar waar Hij wordt binnen gelaten. Wat zou het zijn, als Hij vol vreugde ontvangen wordt? Dan, dan klinkt er een bevrijdende lach.
1e lezing: Wijsheid 11, 23-12,2; 2e lezing: 2 Tim. 1, 11-2,2; evangelie: Lucas 19, 1-10
De evangelietekst uit de Willibrordvertaling 1978:
In die tijd ging Jezus Jericho binnen. Terwijl Hij er doorheen trok, poogde een zekere Zacheüs, hoofdambtenaar bij het tolwezen en een rijk man, te zien wie Jezus was. Maar hij slaagde daarin niet vanwege de menigte, want hij was klein van gestalte. Om Hem toch te zien liep hij hard vooruit en klom in een wilde vijgenboom, omdat Jezus daar langs zou komen. Toen Jezus bij de plaats kwam, keek Hij omhoog en zei tot hem: ‘Zacheüs, klim vlug naar beneden, want vandaag moet ik in Uw huis te gast zijn.’ Zacheüs kwam snel naar beneden en ontving Hem vol blijdschap. Allen zagen dat en merkten morrend op: ‘Hij is bij een zondaar zijn intrek gaan nemen!’ Maar Zacheüs trad op de Heer toe en sprak: ‘Heer. bij deze schenk ik de helft van mijn bezit aan de armen; en als ik iemand iets afgeperst heb, geef ik het hem vierdubbel terug.’ Jezus sprak tot hem: Vandaag is dit huis heil ten deel gevallen, want ook deze man is een zoon van Abraham. De mensenzoon is immers gekomen om te zoeken en te redden wat verloren was.’