Broeders en zusters, Pinksteren is moeilijk uit te leggen. U hebt het zeker gemerkt toen u de abdij binnen wilde komen. Al die drukte voor de poort. De jaarlijkse fietstocht Koningshoeven-Achel-Koningshoeven. Het is de 3e zondag in mei en dan vindt deze toertocht traditioneel plaats. Ik heb nog geprobeerd om de organisatie ervan te overtuigen dat het dit jaar niet zo goed uitkwam. Waarom dan niet? Omdat het Pinksteren is. Ja, maar het is toch de derde zondag in mei? Natuurlijk, maar dit jaar valt Pinksteren op deze zondag! ‘Pinksteren, dat zegt mij niets. Wat is er dan?’ Ja, leg dat maar eens uit aan wielrenners. Wat is Pinksteren?
Maar goed, dit is de realiteit waarin wij leven. Het is te begrijpen in een wereld die nauwelijks nog weet heeft van de betekenis van Kerstmis en Pasen. Ja, dan wordt het al moeilijk om te begrijpen wat Pinksteren inhoudt. Laat ik het proberen, want ook wij, die ons gelovigen noemen, broeders en zusters, kunnen niet anders dan in beelden spreken over de betekenis van Pinksteren. De Geest is niet anders uit te drukken dan met beelden.
Tegen de wielrenner zou ik zeggen: “de Geest, die wij met Pinksteren vieren, is de wind in je rug. Als wielrenner wil je de eindstreep halen en het liefst als eerste. Wind in de rug helpt je om dat doel te bereiken, maar soms is dat een moeizame opgave want dan waaien er harde winden van alle kanten en soms zelfs tegenwind. Dan wordt het zwaar trappen. De Geest is die wind in de rug.”
Paulus gebruikt in de 2e lezing een ander beeld. Hij schotelt ons een schaal vol goede, mooie en lekkere vruchten voor. Hij weet dat, om sterke en gezonde mensen te worden, wij goed en gezond moeten eten. In de schaal van Paulus liggen negen vruchten van de geest: vreugde, vrede, vriendelijkheid, liefde, geduld, goedheid, geloof, zachtmoedigheid en zelfbeheersing. Als je deze eet, d.w.z. je geheel eigen maakt, totaal in je opneemt, vlees en bloed worden ... ja, dan zul je een geestrijk leven leiden. Dan zal je de wind in de rug hebben.
De schaal van Paulus is een soort schijf van negen en zijn eigenlijk niet los te krijgen. Maar laat ons er nu eens eentje uitnemen. De wielrenner zal ook geïnteresseerd zijn, want fruit is goed, vol vitamine en vol energie. Ik neem de vrucht van zelfbeheersing eruit. Waarom? Omdat het evangelie van deze dag ons spreekt over de waarheid. Zelfbeheersing leert ons de waarheid kennen omtrent onszelf, de ander en God. De Geest als wind in de rug kan ons op een verkeerd spoor zetten. Laat het maar waaien, alles komt goed maar zonder mijn eigen inspanning zal de Geest ook weinig in mij en door mij vermogen.
De wielrenner weet dat als geen ander. Je zult moeten trainen, oefenen en dat vraagt dat je dingen moet opgeven om het doel te bereiken. We hebben daar ook bewondering voor. Al die grote sporthelden die door jarenlange oefening grootse prestaties kunnen leveren. Als het goed is, gaat het dan niet om een zelfexpressie van deze mensen. Ze doen het niet om zichzelf op de voorgrond te zetten, maar ze doen het omwille van hun liefde voor. Daarom is de 1e vrucht bij Paulus liefde en de laatste zelfbeheersing.
In het gelovige leven is het precies hetzelfde. We moeten de vrucht van de zelfbeheersing eten om gezonde gelovige mensen te worden in combinatie met de liefde. Samen met de Heilige Geest mogen we zo werken om getuige te zijn van Jezus. Het komt je niet aanwaaien. Het is niet enkel liefde maar het vraagt ook om inspanning.
Pinksteren. Het is de wind in de rug en wel de wind, de adem Gods die ons de kracht geeft om de eindstreep te halen met alles wat er tussen liefde en zelfbeheersing in ligt. Zo’n gegeven, ja, zo’n Goddelijke Persoon verdient toch een feestdag om te kunnen genieten in alle rust van de wind in de rug om zo een mens te worden, zoals Jezus, vol liefde, vreugde, vrede, vriendelijkheid, geduld, goedheid, geloof, zachtmoedigheid en zelfbeheersing.
1e lezing: Hand. 2,1-11; 2e lezing: Galaten 5,16-25; evangelie: Johannes 15,26-27.16,12-15
De evangelietekst uit de Willibrordvertaling 1978:
Wanneer de Helper komt, die Ik u van de Vader zal zenden, de Geest der waarheid die van de Vader uitgaat, zal Hij over Mij getuigenis afleggen. Maar ook gij moet getuigen, want vanaf het begin zijt gij bij Mij.
Nog veel heb Ik u te zeggen, maar gij kunt het nu niet verdragen. Wanneer Hij echter komt, de Geest der waarheid, zal Hij u tot de volle waarheid brengen; Hij zal niet uit zichzelf spreken, maar spreken al wat Hij hoort en u de komende dingen aankondigen. Hij zal Mij verheerlijken, omdat Hij aan u zal verkondigen wat Hij van Mij ontvangen heeft. Ik zei dat Hij aan u zal verkondigen wat Hij van Mij ontvangen heeft, omdat al wat de Vader heeft het mijne is.