Broeders en zusters. Onlangs werd onze gemeenschap ervan beschuldigd dat er teveel een sfeer van 'ikke-ikke-ikke' zou heersen. Ja, dat is waar!
Net zoals in alle gemeenschappen, groot en klein, dichtbij of veraf maar zelfs in ieder mensenleven heerst die duistere mentaliteit van het eigenbelang. Niemand van ons ontkomt aan die erfzonde, zelfs monniken niet. Daarom smeek ik vandaag op Pinksteren dat wij onze deuren wijd open mogen zetten en een kerk, een gemeenschap mogen zijn die erop uit gaat. Niet alleen smeek ik dit voor de gemeenschap maar voor ieder van ons, voor iedere gelovige: laten wij de deuren van ons hart open zetten en er op uit gaan! Weg uit de opgeslotenheid in ons eigen ik!
Pinksteren is de dag waarop de deuren van de bovenzaal die uit vrees voor de joden gesloten waren open gingen. Maria en de apostelen trokken de straat op, naar de andere mensen toe, om te getuigen van Jezus, Zijn blijde Boodschap, en alles wat zij hadden gezien, gehoord en aangeraakt hadden. De angst werd overwonnen vanuit de ontmoeting met Jezus. Hij schonk hun vrede, vergeving en bovenal de heilige Geest.
Wat aan Maria en de apostelen is gebeurd dat is ook aan ons gebeurd. Ook wij hebben bij ons doopsel en vormsel Jezus' vrede en vergeving gekregen en Zijn heilige Geest die ons alles in herinnering zal brengen wat Jezus gedaan heeft. Niet alleen toen maar iedere dag opnieuw komt Jezus in ons en blaast Zijn heilige Geest over ons uit. Nu hebben wij die Geest niet ontvangen om voor onszelf vast te houden. Helaas, veel gelovigen sluiten zich op in een gelovig egoïsme. Dit leidt tot 'een kilte van een gesloten deur'.
In zijn apostolische exhortatie Evangelii gaudium roept Paus Franciscus echter om een kerk die er op uitgaat. Een kerk met open deuren. Nu zijn in onze streken de kerkdeuren inderdaad meer dicht dan open maar die andere gesloten deuren zijn wellicht erger: de gesloten deur van de harten van de gelovigen, van ons, broeders en zusters! Is mijn hart werkelijk een hart met wijd open deuren? Is mijn hart werkelijk het open huis van de Vader?
We hoeven niet bang te zijn om ons hart open te zetten als we het maar doen vanuit de ontmoeting met Jezus. Hij zal ons er op uitsturen om in de wereld, in de concrete leefwereld van iedere dag de vruchten van de geest waar te maken. De wijd open deuren van ons hart nodigen ons ook altijd weer uit om terug te keren tot de beslotenheid van het hart, terug naar de ontmoeting met Jezus. Laten we nooit vergeten dat ons hart nooit leeg achterblijft. In ons hart blijft de Vader altijd aanwezig. Hij die als de vader van de verloren zoon wacht op onze thuiskomst.
Pinksteren is het feest van de nieuwe evangelisatie. Wij, broeders en zusters, hebben behoefte aan een nieuwe evangelisatie van ons hart. We kunnen klagen over de toestand van de kerk, het klooster en ons eigen leven maar als wij ons hart niet opnieuw open zetten voor het evangelie, dat wil zeggen voor de persoonlijke ontmoeting met Jezus, dan blijven we verstokte egoïsten die ronddwalen in de duisternis van het eigen ik. Laten we de angst opzij zetten en in de kracht van de heilige Geest gaan staan om zo met ons concrete bestaan te getuigen van een zinvol evangelisch leven.
eerste lezing: Handelingen 2,1 - 11; tweede lezing: 1 Korintiërs 12,3b - 7.12 - 13; evangelie: Johannes 20,19 - 23.
De evangelietekst uit de Willibrordvertaling 1978:
In de avond van die eerste dag van de week, toen de deuren van de verblijfplaats der leerlingen gesloten waren uit vrees voor de joden, kwam Jezus binnen, ging in hun midden staan en zei: "Vrede zij u." Na dit gezegd te hebben toonde Hij hun zijn handen en zijn zijde. De leerlingen waren vervuld van vreugde toen zij de Heer zagen. Nogmaals zei Jezus tot hen: "Vrede zij u. Zoals de Vader Mij gezonden heeft zo zend Ik u." Na deze woorden blies Hij over hen en zei: "Ontvangt de heilige Geest. Wier zonden gij vergeeft hun zijn ze vergeven, en wier zonden gij niet vergeeft hun zijn ze niet vergeven."