Duurzaam leven op de abdij

Kune kunes in de Kloostertuin

De Kloostertuin is het domein van diverse dieren zoals een damhert, zeven ganzen en zo’n dertig kippen. Elke zondagochtend krijgen de monniken van hen een vers eitje bij het ontbijt. Onlangs kwamen twee jonge kune kunes – een klein varkensras uit Nieuw-Zeeland – het dierengezelschap versterken. De varkentjes leven van het voedsel dat de broeders niet opeten. Dankzij de kune kunes (spreek uit als ‘koenie koenies’ dat ‘vet en rond’ betekent) wordt er dus geen eten weggegooid. Het is overigens niet de bedoeling dat het vlees van deze varkentjes op het menu van de monniken komt te staan, zij eten namelijk licht-vegetarisch.

Leren en werken

Alle dieren in de Kloostertuin worden verzorgd door cliënten van GGz Breburg. Deze heeft op het terrein van de abdij een kleine dependance voor ‘Leren en Werken’. De cliënten verrichten in een rustige, kalme omgeving eenvoudige en tegelijkertijd zeer waardevolle werkzaamheden: van het verzorgen van de dieren tot het verbouwen van groenten voor de monniken en het Proeflokaal. Dit laatste gebeurt in een grote kas naast de biologische waterzuiveringsinstallatie. Zijn er groenten over? Dan gaan die naar de Voedselbank.

Groenonderhoud

Maar er is méér dat de cliënten doen: zo onderhouden ze de paden van een natuurgebied dat de abdij recent heeft aangekocht om Koningshoeven met Moerenburg te verbinden. Ook zijn ze dagelijks in de weer met het onderhouden van een terrein van drieduizend vierkante meter waar fruit wordt geteeld voor de jamproductie van de broeders. Dit onderhoud doen ze samen met medewerkers van Groen Xtra (onderdeel van het sociale leerwerkbedrijf Diamant-Groep) dat eveneens op het abdijterrein is gehuisvest.

Op de foto: De twee jonge kune kunes in de Kloostertuin zorgen ervoor dat de broeders geen overgebleven  voedsel hoeven weg te gooien.